Dag 80: Prémery - Guérigny (18 km)
Blijf op de hoogte en volg Petra N.
09 April 2014 | Frankrijk, Guérigny
Beneden in de bar van het chauffeurscafé krijgen we een "heerlijk" Frans ontbijt: twee stukjes stokbrood met boter en jam met koffie of thee. We krijgen nog een mooie stempel mee en vertrekken weer.
Rudy helpt me herinneren dat ik de stokken meeneem en we zoeken samen de route weer op. Het gras is wit van de nachtvorst. Mijn blote benen zijn nog wel koud. Ik merk dat ik even ga twijfelen: hoe is de taakverdeling, wie doet wat, wat wil ik? Ik stel voor om onze wensen en verwachtingen uit te spreken. Rudy wil naar Nevers en loopt gemiddeld vijf kilometer per uur zonder pauzes. Ik wil proberen naar Nevers te komen, maar weet nu al dat ik het tempo van Rudy niet haal. Rudy vindt het sneu voor mij om door te lopen, maar ik vind mezelf helemaal niet sneu. Ik geniet juist van alleen lopen. Ik zou me juist bezwaard voelen als hij zich moet inhouden. Het is goed dat we dit uitgesproken hebben. Rudy reserveert voor mij een plekje op zijn adresje in Nevers. We wensen elkaar een fijne wandeling en zien elkaar vanavond weer.
Ik neem me voor om eerst twee uur te lopen en dan een pauze te nemen. De weg leidt mij langs de spoorlijn richting Nevers. Soms loop ik onderaan de spoorlijn en dan weer moet ik oversteken en klimmen en loop ik er boven. In de verte hoor ik de fluit van een goederentrein: "poe-poe...h", heel traag rijdt de trein onderlangs voorbij.
Ik loop voornamelijk over een asfaltweg die dan weer over de heuvels met weilanden gaat en dan weer door de bossen. In de bossen hoor ik een vogel, die ik vanaf de Ardennen vaker heb gehoord. Niemand kan me vertellen wat het voor vogel is. Ik dacht eerst dat het een paard was, maar het is een vogel die klinkt als gehinnik of gelach. Hubert moest er elke keer smakelijk om lachen, het was hem eerst nog niet opgevallen.
Als ik langs een weiland loop hoor ik een geluid, het lijkt wel een oer-os. Een stier staat bij het hek bij de weg en maakt oer-geluiden. En stier aan de overkant komt helemaal van achter uit het weiland aanlopen en begint te loeien. De andere blijft oer geluiden maken. Dan komen de koeien van de "oer"-stier aanrennen en gaat de stier er met de dames vandoor. Ook stieren hebben haantjesgedrag, blijkbaar.
Bij het riviertje in de buurt houd in een korte pauze. Negen kilometer zit er op in twee uur: 4.5 kilometer per uur, dat is knap voor mijn doen. Het lopen gaat goed. De zon schijnt en de fleecejas kan uit. Ik geniet van de wolkjes aan de lucht en zelfs als ik verroeste spullen zie in een weiland, kan ik dat mooi vinden.
Ik loop weer negen kilometer, maar de laatste twee gaan moeizaam. Ik heb ook geen voorraad eten, wel drinken. Ik vertraag mijn pas, want mijn voeten branden. In een restaurant kan ik alleen een plat-du-jour bestellen. Ik krijg een kippenragout met haricot verts en verse vruchten toe: niet slecht voor twaalf euro.
Ik weet nu al dat Nevers niet haalbaar is. Wat doe ik? Ik ben moe en wil stoppen. Ik kan hier een plekje zoeken of ik ga naar Rudy met de bus en ga morgen terug. Hier is alleen een hotel. En ik wil m'n toezegging nakomen, dus ik ga met de bus naar Nevers.
Daar ga ik naar de kapel van Saint Bernadette. Rudy is onderweg. Het lichaam van Saint Bernadette ligt daar vanaf 1925 in een glazen kist, ze ligt daar als de schone slaapster. Bizar om zo ongegeneerd naar het lichaam van een overleden mens te kijken. Ze ziet er wel erg mooi uit.
Buiten brand ik een kaarsje voor allen die ik liefheb.
Ondertussen is Rudy er ook. We overleggen wat we gaan doen. Het slaapadres blijkt bijna drie kilometer lopen te zijn. Als ik morgen met de bus terug moet, moet ik dan ook eerst nog drie kilometer lopen. Dat had ik niet verwacht. Ik besluit met de bus terug te gaan naar Guérigny. De bus gaat pas 18.25 uur, dus we hebben nog even tijd voor een afscheidsdrankje.
We zijn aan het overleggen en dan komt mevrouw Guide uit Corbigny naar me toe lopen. Ze geeft me een briefje met een adres en vertelt dat ze Michelle net naar het ziekenhuis heeft gebracht. Ze mag niet meer lopen, haar been is erg dik, warm en rood. Morgen komt een arts kijken. Ze geeft me een knuffel en wil dan weggaan. Rudy kijkt wat beduusd en dan bedenk ik dat dit wel een beetje wonderlijk is. Ik vraag mevrouw Guide hoe ze wist dat ik hier was. Ze wist het niet, ze bracht haar kaarten hierheen om te verkopen, zegt ze, omdat ze toch ook naar het ziekenhuis moest... Ik neem me voor om Michelle morgen op te zoeken. Arme Michelle...
Rudy en ik gaan in de buurt van het station wat drinken en nemen afscheid. Leuk dat we elkaar getroffen hebben!
Ik eet een hapje, zodat dat straks niet meer hoeft. De bus vertrekt mooi op tijd en ik stap uit waar ik gebleven ben.
De enige plek is het hotel, deze schijnt een pelgrimstarief te hebben. Dat tarief is 43 euro, drie euro korting. Ik vind dit te veel voor alleen maar slapen. Het hotel is absoluut niet luxe te noemen. Ik vertel dat ik m'n eigen matras en slaapzak heb, ik hoef geen douche, geen eten...
De eigenaar doet erg moeilijk, ik houd vol en vraag of hij wat anders weet. Na een kwartier gooit hij z'n handen in de lucht en neemt me mee naar boven. Ik loop achter hem aan en ben benieuwd! Dan gaat de deur open van een "Petit" kamertje. Het bed wordt tegen de muur geschoven. Ik mag er niet op zitten. Ik mag wel douchen en moet m'n eigen handdoek gebruiken. Hij schrijft op een briefje: 20 euro. Prima! Akkoord! "C'est une pelerintarief" zeg ik en steek m'n duim omhoog. Ik zeg nog tegen hem dat ik vanavond graag een wijntje wil en dan betaal ik wel 25 euro. De man moet wel lachen.
Ik ga uitgebreid douchen, mijn voeten verzorgen en nagels knippen. Dan wordt er op de deur geklopt en vraagt de eigenaar of alles goed is. Ik zeg dat ik wel meekom voor mijn wijntje. Alles is al donker en de boel is gesloten. Hij doet nog wat sfeerlicht aan en brengt me een wijntje. Dan kletsen we nog gezellig en is hij erg nieuwsgierig naar mijn tocht. Ik laat hem foto's zien, ook van mijn gezin natuurlijk. Als het wijntje op is wenst hij me vriendelijk en met een schouderklopje "bonne nuit!"
-
09 April 2014 - 23:36
Rudy Van Lakwijk:
Hoi Petra,
wat ontzettend gaaf, dat ik je nu in levende lijve heb leren kennen! Je bent een kanjer, hoe jij in het leven staat en wat je allemaal hebt bereikt, petje af!
En gisteren avond en vanmiddag was het erg gezellig.
Ik zie, dat je het vanavond toch weer aardig voor elkaar hebt. ;-)
Ps. Het is gelukt vanavond met m'n neus na de cursus van gisteren.
Tot ziens, we houden contact, groetjes Rudy
-
10 April 2014 - 11:14
Tootje Surie:
Nou je leert het al goed hoor afpingelen. En laat ze maar mopperen. Het voelt misschien niet altijd lekker, maar niet geprobeerd is altijd verloren. -
10 April 2014 - 16:33
Lysandra Wiersma:
Hoi Petra, ik geniet enorm van je verhalen en vind het mooi dat het zo goed gaat.
Die lachende vogel is een specht. Ik ben opgegroeid in de bossen en mijn ouders, die inmiddels oeroud zijn weten heel veel van de natuur.Van hen heb ik heel veel geleerd!
Groeten, Lysan -
11 April 2014 - 09:33
Dieuwke:
Wat die vogel betreft dacht ik eerder aan een hop.....
Geniet mee van alles wat de weg je brengt! Tige tank!
Dieuwke
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley